Zware bewijslast bij fiscus voor vergrijpboete

16 februari 2023

De Hoge Raad oordeelt dat de inspecteur moet doen blijken dat sprake is van opzet van de kant van de belastingplichtige als hij hem een vergrijpboete wil opleggen.

Ondanks het ontbreken van een nieuw feit is aan een belastingplichtige een navorderingsaanslag op te leggen als de fiscus aannemelijk maakt dat die belastingplichtige te kwader trouw is. Advocaat-generaal (A-G) Niessen heeft al geconcludeerd dat de bewijslast voor de inspecteur zwaarder is als hij de belastingplichtige een vergrijpboete wegens opzet wil opleggen. In dat geval vindt de A-G dat de Belastingdienst de opzet moet doen blijken.

Ook de Hoge Raad stelt dat de aanwezigheid van een bestanddeel van een beboetbaar feit is aan te nemen als de daarvoor vereiste feiten en omstandigheden buiten redelijke twijfel zijn komen vast te staan. De Belastingdienst moet het feit dus doen blijken. Daarnaast is het volgende van belang voor de beantwoording van de vraag of (voorwaardelijk) opzet aanwezig is. Er moet sprake zijn van gedragingen waarvan men vanwege de uiterlijke verschijningsvorm moet concluderen dat zij zijn gericht op een bepaald gevolg. Daarbij moet het, afgezien van contra-indicaties, niet anders kunnen zijn dan dat de betrokkene dat gevolg heeft gewild of op zijn minst de aanmerkelijke kans op het desbetreffende gevolg bewust heeft aanvaard. De beoordeling of dit zo is, hangt af van de omstandigheden van het geval. Daarom is een waardering van feitelijke aard nodig. Deze waardering is in cassatie alleen op begrijpelijkheid te toetsen.

Opzet is meer dan aannemelijk

In tegenstelling tot de A-G meent de Hoge Raad echter dat het hof niet heeft miskend dat de fiscus een zware bewijslast heeft. Het hof heeft het ongeloofwaardig gevonden dat de man niet heeft geweten dat zijn inkomsten op zijn Luxemburgse bankrekening op enige manier belast zouden zijn. Door deze inkomsten niet op te geven, heeft de man geweten dat te weinig belasting zou worden geheven. De Hoge Raad leidt daaruit af dat het hof heeft bedoeld dat buiten redelijke twijfel is dat het aan het (voorwaardelijk) opzet van de man is te wijten dat te weinig belasting is geheven. Dat oordeel geeft niet blijk van een onjuiste rechtsopvatting, aldus de Hoge Raad. Dat het hof het woord ‘aannemelijk’ heeft gebruikt, sluit niet uit dat er feitelijk meer zekerheid was. Daarom verklaart de Hoge Raad het cassatieberoep van de man ongegrond.

Bron: Hoge Raad 03-02-2023 (ECLI:NL:HR:2023:97)

Amsterdam

Mercuriusplein 1
2132 HA Hoofddorp

Postadres
Postbus 74681
1070 BR Amsterdam

020 653 18 12

Amsterdam@pkfwallast.nl

Rotterdam

Schaardijk 372
2909 LA Capelle aan den IJssel

Postadres
Postbus 84030
3009 CA Rotterdam

010 450 40 20

Rotterdam@pkfwallast.nl

Delft

Delftechpark 40
2628 XH Delft

Postadres
Postbus 332
2600 AH Delft

015 261 31 21

Delft@pkfwallast.nl

Woerden

Pompmolenlaan 9
3447 GK Woerden

Postadres
Postbus 533
3440 AM Woerden

0348 416 262

Woerden@pkfwallast.nl

Alphen aan den rijn

Europaplein 10F
2408 GX Alphen aan den Rijn

Postadres
Postbus 533
3440 AM Woerden

0172 748 218

AlphenaandenRijn@pkfwallast.nl

© PKF Wallast is a member of PKF Global, the network of member firms of PKF International Limited, each of which is a separate and independent legal entity and does not accept any responsibility or liability for the actions or inactions of any individual member or correspondent firm(s).  “PKF" and the PKF logo are registered trademarks used by PKF International Limited and member firms of the PKF Global Network. They may not be used by anyone other than a duly licensed member firm of the Network.