Als tegen een belastingplichtige nog een boekenonderzoek loopt, moet de inspecteur in beginsel wachten totdat dit onderzoek is afgerond voordat hij gaat navorderen. Anders begaat hij een ambtelijk verzuim.
Een man heeft geen aangifte IB/PVV 2011 ingediend. In november 2014 loopt nog een boekenonderzoek over 2011. De Belastingdienst heeft geen primitieve aanslagen IB/PVV en Zvw 2011 opgelegd binnen de driejaarstermijn die ultimo 2014 verstrijkt. Uiteindelijk legt de inspecteur op basis van het controlerapport van 5 januari 2017 de man navorderingsaanslagen IB/PVV en Zvw 2011 op. De man gaat in beroep, maar Hof Den Haag oordeelt dat de inspecteur geen ambtelijk verzuim heeft begaan. Dit hofoordeel houdt geen stand voor de Hoge Raad. De Hoge Raad hanteert als uitgangspunt dat de inspecteur de resultaten van een lopend boekenonderzoek moet afwachten voordat hij een aanslag oplegt. Doet hij dat niet, dan begaat hij in beginsel een ambtelijk verzuim.
Op deze regel geldt alleen een uitzondering als er gegronde redenen zijn waarom het geboden is de aanslag al op te leggen voordat de boekenonderzoekresultaten bekend zijn. Dat kan aan de orde zijn als de primitieve aanslagtermijn bijna verstrijkt. Ook als geen aangifte is ingediend, moet de inspecteur binnen die termijn een primitieve aanslag opleggen, als hij:
Stel dat nog onduidelijkheid bestaat over de omvang van de belastingschuld. In dat geval dient de Belastingdienst de primitieve aanslag te baseren op een redelijke schatting. Komen uit het vervolg van het onderzoek feiten naar voren die meebrengen dat de belastingschuld hoger is dan het geschatte bedrag? Dan zijn dat nieuwe feiten die in zoverre navordering rechtvaardigen.
De Hoge Raad oordeelt dat het hof een en ander heeft miskend. Daarom moet verwijzing volgen voor een hernieuwd onderzoek naar de vraag of de fiscus voor 2011 een ambtelijk verzuim heeft begaan door geen primitieve aanslagen IB/PVV en Zvw op te leggen. Bij een bevestigende beantwoording moet het verwijzingshof beslissen hoe hoog het bedrag van die aanslagen bij een redelijke schatting minimaal had moeten zijn. Tot dat bedrag is geen nieuw feit dat navordering rechtvaardigt. Voor zover een dergelijk nieuw feit ontbreekt, moet het verwijzingshof beslissen op het subsidiaire betoog van de inspecteur dat navordering gerechtvaardigd is omdat belanghebbende te kwader trouw was. Maar het cassatieberoep van de man is in ieder geval gegrond.
Bron: Hoge Raad 22-04-2022 (ECLI:NL:HR:2022:638)
Beechavenue 78-80
1119 PW Schiphol-Rijk
Postadres
Postbus 74681
1070 BR Amsterdam
Schaardijk 372
2909 LA Capelle aan den IJssel
Postadres
Postbus 84030
3009 CA Rotterdam
Europaplein 10F
2408 GX Alphen aan den Rijn
Postadres
Postbus 533
3440 AM Woerden
© 2023 PKF Wallast
© PKF Wallast is a member of PKF International – a global network of independent firms.
PKF International Limited is a family of legally independent firms and does not accept any responsibility or liability for the actions or inactions of any individual member or correspondent firm or firms.
"PKF" and the PKF logo are registered trademarks used by PKF International and member firms of the PKF International Network. They may not be used by anyone other than a duly licenced member firm of the Network.